Het Hooggerechtshof (TSJ) oordeelde dat de gemeenteraad van Calp 116.280 euro moet betalen voor de onteigening van het land van Ràfol, in tegenstelling tot de 2,3 miljoen euro die de eigenaars vroegen. De Hoge Raad is van mening dat deze grond op het platteland ligt, zoals de Raad verdedigt, in tegenstelling tot de criteria van de eigenaars, die beweren dat het om stedelijke grond gaat.
De burgemeester van Calp, Ana Sala, heeft deze uitspraak omschreven als "zeer positief" voor de gemeentekas. "Het is met grote tevredenheid dat ik deze zin goedkeur. "We hebben de belangen van de gemeenschap verdedigd. We hebben meer dan twee miljoen euro bespaard," zei ze. En ze verwelkomde het feit dat het perceel van 15.500 vierkante meter al gemeentelijk eigendom is, dat gebruikt moet worden voor infrastructuur, zoals bepaald in de uitspraak.
Dit maakt een einde aan meer dan tien jaar juridisch conflict tussen de gemeenteraad en de eigenaars, dat begon in 2009 toen de eigenaars de raad aan de kaak stelden voor het illegaal bezetten van hun land en de stad werd veroordeeld tot het betalen van bijna een miljoen euro.
Vanaf dat moment startte de gemeenteraad een onteigeningsprocedure waarbij elke partij een andere waarde voor de grond bepaalde: de gemeenteraad schatte het op 53.000 euro, terwijl de eigenaars het op 2.900.000 euro schatte. De provinciale onteigeningsrechtbank oordeelde dat de waarde van de grond 95.000 euro bedroeg, wat samen met de rente 121.000 euro was, die het stadsbestuur al aan de eigenaars had voorgeschoten. Omdat de eigenaars echter niet tevreden waren met de beslissing, gingen ze in beroep en verminderden ze hun aanvraag tot 2.300.000 euro.
Nu heeft de Hoge Raad geoordeeld dat geen van beide partijen gelijk heeft, hoewel hij het bedrag van de onteigening heeft vastgesteld op 116.280 euro, vermeerderd met rente, zodat de gemeenteraad slechts 21.000 euro hoeft te betalen: het verschil met wat hij al aan de landeigenaren heeft betaald.